Cultuurvoorstellingen

Het land van de grote woordfabriek


Het verhaal speelde zich af in het Museumtheater te Sint-Niklaas. Wanneer je het toneelzaaltje binnenstapt, heerst er meteen een gezellige sfeer. Vooraan zien we een grote fabriek staan in het midden van het podium. Links een huis en rechts enkele dozen. Een leuke sfeerschepper voor wat komen zou. Het verhaal is gebaseerd op het boek van Agnes de Lestrade.
 
In het land van de grote woordfabriek kosten woorden handenvol geld. Mensen zijn er dan ook zuinig op. Arme mensen zoeken in vuilnisbakken naar weggegooide woorden. Op sommige zonnige dagen dwarrelen er echter woorden door de lucht. Florian heeft er drie gevangen met zijn vlindernetje: kersenrood, pannenlapje, stoelendans. Drie woorden die hij tegen Siebelle wil zeggen. Rijke Oscar probeert haar in te palmen met een mond vol dure woorden. Wat zal Siebelle van Florians woorden vinden? Een ontroerend prentenboek over het zuinige en zinnige gebruik van woorden en zinnen, en over hoe ogen soms meer vertellen dan woorden.
 
Het toneel wordt gespeeld door amper twee mensen: een acteur-poppenspeler en een poppenspeler-percussionist. Het is de acteur-poppenspeler die gedurende het hele toneel aan het woord is. Elk karakter aanwezig in een andere pop, werd door hem vertolkt. In het begin leek dit wat raar, maar hij neemt u zo mee in het verhaal, dat zelfs volwassen mensen als ik vergeten dat daar op het podium enkel poppen staan. Een hele magische wereld voor jong en oud dankzij knap acteerwerk van Joost Van den Branden. De verschillende karakters, samen met het decor en het muziekspel maken er een knap geheel van om eens goed te ontspannen.
 
Theater Tieret heeft zelf al een lesmap voorzien met leuke ideeën voor leerlingen van de tweede en de derde graad in het lager onderwijs.  Zij werken rond het verhaal, de karakters, toneel op zich, het decor, de muziek, ... Kortom alle elementen die aan bod komen tijdens hun voorstelling.
 
Mij lijkt het vooral leuk om zeker in de derde graad eens dieper in te gaan op die poppen, het ontstaan ervan, het zelf creeëren van een pop om er nadien zelf theater mee te spelen. Heel wat muzische domeinen komen hierbij aan bod en het geeft volgens mij de kans om enkele leuke eindresultaten te ontdekken. Ook zelf een decor maken lijkt mij leuk om met de leerlingen te doen.
 
Daarnaast vind ik het zeker een aan te raden toneelstuk voor kinderen van de lagere school om zo het toneelgebeuren concreet en bespreekbaar te maken.
 
Wanneer ik kritisch ga kijken, vind ik eigenlijk geen enkel minpunt aan het toneelstuk, maar dat is misschien omdat de poppenspelers er zo goed in slagen om u mee te nemen naar hun magische wereld.
 
***
 
I see you
 
Na de voorstelling was mijn eerste indruk "Oei, wat moet ik daar allemaal over schrijven, wat een rare voorstelling." Met een rare voorstelling weten jullie echter niet zo veel meer. Ik probeer dus toch de zaken wat op een rij te zetten.
 
Bij het binnenkomen zat er een oude meneer met de rug naar ons aan zijn bureau. Het podium was verkleind door links een muur te plaatsen en langs de rechterkant het gordijn een groot deel te sluiten. Dit zorgde voor een meer geborgen stijl dan het tweede deel, waarover straks meer.
 
In het eerste deel draait het om een jong meisje, een jongvolwassen vrouw en een oudere man. Er wordt een verhaal verteld aan de hand van muziek en poëzie. De muziek vond ik wel mooi in het eerste deel. Het kreeg de hele zaal stil, wat toch altijd een speciaal gevoel geeft. Daarnaast vond ik het eerlijk gezegd, soms redelijk saai... Het stuk slaagde er niet in om mij mee te slepen in het verhaal dat men wilt vertellen. Er werd gewoon vooral gedanst in mijn ogen. Ik moet wel zeggen dat alle danselementen erin zaten, maar het feit dat mijn focus daar lag, wil ook zeggen dat hij niet bij het verhaal lag. Ze dansten in verschillende richtingen, in de verschillen lagen, men zat elkaar achterna, men danste zonder contact te verliezen, men danste met een voorwerp dat werd door gegeven zoals wij eens met de boekenhouder hebben gedaan. Kortom was het dus wel muzisch, maar had ik het gevoel dat wij dat even goed zouden kunnen doen in een les muzo. Van een dansvoorstelling verwacht ik dan toch eerder om eens iets anders te zien. Ofwel is dit juist mijn muzische blik die hierdoor verandert en is dit waar het in dans juist wel om draait.
 
Bij het tweede stuk, werd het dan helemaal vreemd. Terug drie personages. Deze keer een jong meisje, een volwassen man en een oudere vrouw. Als er dan toch een verhaal zou inzitten, denk ik dat deze oudere vrouw, hetzelfde jonge meisje is als in het tweede stuk. Zij gebruikten namelijk hetzelfde notitieboekje. Met deze gedachte in mijn achterhoofd en de tekst van op de website, zou het kunnen dat men het verschil wil laten zien tussen vroeger en nu. Bij dit stuk was het podium echter groter (het gordijn werd verder opengetrokken), waardoor de geborgen sfeer wegviel. De muziek was ook veel wilder. De volwassen man heeft daar een groot deel van de tijd in zijn boxershort staan dansen, wat voor mij geen meerwaarde had voor het stuk. Daarnaast zaten ook alle danselementen hier wel weer in.
 
Zelf zou ik geen tweede keer gaan kijken naar het stuk. Het heeft mij persoonlijk niet kunnen overtuigen. Dit maakte mij echter nieuwsgierig naar wat kinderen hier nu eigenlijk over zouden vinden. Dus werd de vraag aan het kindje naast mij gesteld. De jongen had er duidelijk veel meer in gezien dan mij. Voor hem waren het drie mensen die alleen waren, maar door het dansen elkaar gevonden hadden. De stukken van de man in zijn boxershort vond de jongen hilarisch, terwijl ik ze eerder bizar vreemd vond. Er waren ook wel saaiere stukken zei hij, maar al bij al had die jongen zich dus wel geamuseerd. Waardoor ik het stuk dus ook wel een kans wil geven. Het heeft duidelijk wel gewerkt voor die jongen.
 
Om het echter met mijn klas later te gaan bekijken, heb ik nog mijn twijfels. Er zijn andere inputs die ik kan geven om rond de danselementen te werken, dan deze voorstelling. Kabinet K heeft ook hier een lesmap voorzien. Deze vindt u terug op de pagina 'I see you'. Hierin zijn enkele mogelijkheden uitgewerkt om met de klas aan de slag te gaan. Zelf geef ik toch de voorkeur aan mijn eerste voorstelling. Lessen bewegingsexpressie sluiten hier wel goed bij aan. Het kan hiervoor gebruikt worden, maar ook zonder dat leerlingen dit zouden gezien hebben, zou je resultaten kunnen boeken in de lessen bewegingsexpressie volgens mij.
 
***
 
Speelgoedmuseum te Mechelen
 
Een van de dingen die ik geleerd heb door 'bachelor lager onderwijs' te volgen, is dat musea echt niet altijd saai hoeven te zijn. Een voorwaarde hiervoor is wel dat het binnen je interesseveld ligt. Ik denk dat ik in het secundair onderwijs gewoon pech heb gehad dat ze altijd musea kozen die mijn interesses niet wisten te prikkelen. Naast het dinomuseum dat heel goed is meegevallen in Brussel, was ook het speelgoedmuseum meer dan de moeite waard. Snel een bezoekje brengen omdat het moest voor de taak veranderde al snel in een veel langer dan geplande, gezellige namiddag met de familie.
 
Deze keer weet ik niet waar te beginnen omdat er zo veel te vertellen valt. Het 'avontuur' begint eigenlijk al ver voor je de kassa tegenkomt. Om het in de termen van onze opleiding te zeggen: de sfeerschepping was zeker aanwezig. Bij het betreden van het gebouw kom je binnen in een ruimte die vol staat en hangt met allerlei speelgoed. Van een supergrote teddybeer in de hoek, een vlieguig van formaat in de lucht en een reuzegroot monopolybord op de grond tot de kleinste gezelschapsspelen. Vroeger bevond zich op het gelijkvloers de museumwinkel. Deze is echter verhuisd, maar het geheel zorgt nog steeds voor een leuke ontvangst.
 
Pas een lange gang en een verdiep verder kom je het werkelijke museum binnen. Aan de kassa zag ik direct een papierhouder staan met daarop 'formulieren zoektochten 7-12 jaar'. Ja als leerkracht lager onderwijs is dit natuurlijk ideaal. De zoektocht zelf zat ook heel leuk in elkaar. De rode draad van het verhaal was dat er speelgoed werd gestolen van de kerstman. Tijdens de zoektocht konden de kinderen achterhalen welk speelgoed er gestolen werd en wie de dader was. In het museum stonden dan borden met verdere tips. Zelfs mij heeft de zoektocht kunnen prikkelen. Er waren niet te veel vragen, maar wel net genoeg om de kinderen doorheen het hele museum te loodsen. Dan heb je natuurlijk twee groepen kinderen. Ik heb kinderen gezien die enkel gefocust waren op de vragen en voorbij al de rest liepen en kinderen die heel geïnteresseerd alles bekeken en daarbij als tussendoortje de vragen oplosten. De reden hiervoor is dan weer de interesse van het kind volgens mij. Toch zet dit mij wel wat aan het nadenken. Een blad met vragen wordt toch nog heel vaak gegeven als opdracht bij zulk een extra-muros activiteit. Een museum bezoeken is echter veel meer dan enkel wat vragen beantwoorden. Wat dan het betere alternatief is? Daar ben ik zelf ook nog niet uit... Het lijkt mij echter wel interessant om de kinderen zelf foto's te laten nemen (dit moet dan wel op voorhand nagevraagd worden) van wat hen het meest geboeid heeft in het museum. De leerlingen kunnen dit dan voorstellen met muzisch taalgebruik en beelden en kunnen misschien op basis hiervan werken aan drama, beeld of muziek met wat hen interesseerde als inspiratiebron.
 
Ik kan heel het museum met jullie doorlopen, maar dat zou de magie misschien wegnemen tijdens jullie eigen bezoek. Het is alleszins een dikke aanrader! Wat mij het meest betoverd heeft, is de ruimte van kermis en circus. 'Betoverd' is dan niet overdreven om hier meer punten te halen, wie zelf het museum een bezoekje brengt, zal snel weten wat ik bedoel! Je komt binnen in een vrij duistere ruimte met al deze kermisattracties in miniatuur met al hun lichtjes. Een aantal van deze draaiden dan nog daadwerkelijk rond wanneer je op de knop duwde. Woorden komen gewoon tekort om dit te beschrijven. Werkelijk een magische ruimte. Allen daar naartoe zou ik zeggen. Ook heel leuk vond ik het levende schilderij, maar meer ga ik daar ook nog niet over verklappen.
 
Wat mij ook enorm is opgevallen en mij tegelijkertijd heel veel plezier deed, waren de blije gezichten, zowel bij jong als bij oud. Voor de ouderen en de volwassenen is het eigenlijk net zoals een reis terug in de tijd. Al die herinneringen van vroeger die weer tot leven worden gebracht dankzij dit museum. Zelfs bij mezelf waren er al heel wat zaken die 'uit mijn tijd' komen. De rages zorgen voor een hele evolutie in het speelgoedverhaal. Voor kinderen is het dan weer fijn om gewoon zoveel speelgoed te zien, uit te proberen en naar de vele verhalen van hun ouders en grootouders te luisteren.
 
Het museum is zeker toegankelijk voor leerlingen uit de lagere school en kinderen in het algemeen. Er zijn in sommige ruimtes treinsporen of circuspaden om te volgen op de grond geschilderd, er worden veel leuke kleuren gebruikt, er staat zelfs een licht om treinsporen over te steken. Allemaal elementen die voor een leuk bezoek zorgen. Daarnaast is er ook een hele grote mogelijkheid om te handelen in dit museum. Het zou wel heel jammer zijn om als kind een massa speelgoed te zien en er dan niet mee te kunnen spelen. Doorheen het hele museum zijn kleine speeltafels met speelgoed voorzien. Op verscheidene plaatsen kan je gezelschapsspelen in het groot op de grond of aan tafel te spelen. Wanneer je op de groene knoppen duwt, gebeurt er altijd wel iets. Beneden kan je dan ook nog eens gezelschapsspelen ontlenen en is er een hele speelzaal voorzien. Neem vlug een kijkje op mijn fotopagina!
 
Voor meer info over extra mogelijkheden als speelse bezoeken en scholenbezoeken: http://www.speelgoedmuseum.be/

Een bezoek aan dit museum is eenvoudig te integreren in de klaspraktijk. Speelgoed van vroeger en nu is een thema dat regelmatig aan bod komt. Het museum sluit hier goed bij aan.

Daarnaast kan je ook eenvoudig muzische opdrachten bedenken bij het bezoeken van dit museum.
Hieronder enkele voorbeelden.
- beeld: kies een pop uit die jij het mooiste vind. Fotografeer deze.
=> In de klas kunnen we dan zelf kleren maken: krantenpapier, stof naaien, breien, ...
- muziek: kies een ruimte die je het meest inspireerde. Fotografeer deze.
=> In de klas verklanken we de ruimte
- drama: kies een locatie die je het meest inspireerde. Fotografeer deze.
=> In de klas gaan we aan de slag met drama dat past binnen het zelfgekozen decor.
- muzisch taalgebruik: kies een stukje tekst dat je het meest inspireerde. Fotografeer dit.
=> In de klas gaan we hierme aan de slag. Begin van een gedicht, vertellen, ...
- beweging: kies een van de grote grondspelen uit en fotografeer dit.
=> We bewegen alsof we op het spel staan.
- media: fotoverhaal maken, wordle maken met voornaamste indrukken, fotocollage maken met picasa, ...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten